bedragen x € 1.000
Rekening | Begroting | Begroting | Meerjarenraming | |||||||||||
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |||||||||
Lasten | 33.820 | N | 33.935 | N | 31.883 | N | 32.243 | N | 32.288 | N | 32.549 | N | ||
Baten | 14.703 | V | 14.232 | V | 14.375 | V | 14.584 | V | 14.526 | V | 14.825 | V | ||
Storting reserve | 1.790 | N | 2.016 | N | 2.113 | N | 2.154 | N | 2.025 | N | 2.050 | N | ||
Onttrekking reserve | 1.418 | V | 2.375 | V | 1.150 | V | 730 | V | 522 | V | 488 | V |
Toelichting
In 2021 wordt € 0,5 miljoen minder aan groot onderhoud wegen uitgevoerd dan in 2020. Dit leidt tot een lagere onttrekking aan de reserve Groot onderhoud openbare ruimte in 2021. Door het meerjarig karakter van dit type onderhoud is het ene jaar meer onderhoud nodig dan het andere jaar. Afwijkingen ten opzichte van het meerjarig gemiddelde worden opgevangen door deze reserve.
De verlaging van onze interne rekenrente van 3% naar 1,75% leidt op dit programma tot € 0,6 miljoen lagere rentelasten in 2021. De onttrekkingen uit de egalisatiereserves ter dekking van rentelasten zijn € 0,1 miljoen lager.
In 2020 ontvangt het Dierenasiel De Hof van Ede een incidentele subsidie van € 0,3 miljoen voor nieuwbouw. Bij de Programmarekening 2019 heeft de gemeenteraad besloten om het subsidiebudget over te hevelen naar 2020 door deze toe te voegen aan de reserve Overlopende verplichtingen. In 2020 wordt dit bedrag onttrokken aan deze reserve.
De uitgaven voor het Actieplan Biodiversiteit zijn in 2021 € 0,2 miljoen lager dan in 2020. Deze uitgaven worden in 2021 voor het laatst gedekt uit de Reserve Investeringsfonds Impuls Ede. Vanaf 2022 zijn er structurele middelen toegekend.
De gemeenteraad heeft besloten om in 2020 € 0,4 miljoen binnen de begroting vrij te spelen om uitvoering te kunnen geven aan het Plan van aanpak eikenprocessierups 2020. Voor de jaren 2021 en 2022 wordt in deze begroting voorgesteld een budget van € 420.000 beschikbaar te stellen.
In 2020 heeft de Belastingdienst een naheffing vennootschapsbelasting over de jaren 2016 tot en met 2019 opgelegd van € 0,3 miljoen. Dit betreft de inkomsten vanuit reclame-uitingen in de openbare ruimte. Wij achten hiervoor geen heffingsgrond aanwezig en onderzoeken nog de mogelijkheden van verder bezwaar.